Zo begon ik in groep 2 met het vertellen van verhalen. Ik vouwde een A4'tje doormidden, schreef op de rechterbladzijde een zelfverzonnen sprookje en maakte er links een tekening bij. Natuurlijk wilde ik schrijfster worden. En zangeres. Sowieso beroemd. Wist ik veel dat ik toen al schrijfster wás.
Wat ik bleek te kunnen - toen al en nu nog beter - is naar mensen luisteren. Hun verhaal in me opnemen, erop broeden en opschrijven zodat zij zich erin herkennen. Op hun trouwdag of stervensbed en alle momenten daartussenin.
Toen in 2023 mijn vader overleed, besloot ik levensverhalen te gaan schrijven. Omdat het al erg genoeg is dat we onze dierbaren moeten missen. Omdat hun verhalen levendiger dan ooit lijken als zij ze zelf niet meer kunnen vertellen. En omdat we daar zelf van kunnen leren.
Te kort om te blijven werken aan dingen waar je niet blij van wordt. Om jasjes te dragen die niet meer passen - letterlijk en figuurlijk. Te kort om iets anders te doen dan dat waar je ogen van gaan stralen.
Dat ben ik gaan doen. Alles waar mijn hart een sprongetje van maakt. Waardoor de vlinders in mijn buik zo hard fladderen dat ik dat kleine stemmetje in mijn hoofd niet meer hoor: 'Weet je het zeker?' Want nee, dat weet ik nooit.
Het is het mooiste wat er is.
Bij wildvreemden op de bank ploffen en binnen een kwartier helemaal voor me zien hoe hun trouwdag moet worden. In gesprek met een oma die haar kleinkinderen het verhaal wil nalaten van hoe het vroeger was. Of op dat podium dus. Met of zonder vrees: ik sta er. Ik schrijf. En ik vertel.
Contactgegevens